pair-707505_1920

Je maakt je druk om niks!

Waar maken we ons eigenlijk druk om? 
Vraag je je achteraf dat vaak niet af? En als je naar andere mensen kijkt en enige afstand tot de situatie hebt, dan zie je ook wel dat mensen zich vaak druk maken om niks. Maar oei, oei, wat is het moeilijk als je er zelf in zit en er bij betrokken bent. Probeer dan maar eens ergens niet een mening over te hebben. En dat is nu precies ook het probleem. We geven steeds weer betekenis aan de werkelijkheid die wij denken te zien en trekken daar vervolgens onze eigen conclusie uit. Voor je het weet maak je je druk om de betekenis die je zelf aan je eigen conclusie of jouw interpretatie van de boodschap of het gedrag van een ander geeft.

Dennis en Bart
Regelmatig zie ik zo voorbeelden voorbij komen. Bijvoorbeeld de situatie van Dennis en Bart die beiden op de afdeling Financiële Zaken van een internationaal bedrijf werken. Bart neemt de telefoon aan en krijgt de Directeur Financiële Zaken aan de lijn die op dat moment in het buitenland is. De directeur wil Dennis spreken en Bart gaat op zoek. Hij vindt Dennis in de deuropening van de kamer van het Hoofd Human Resources met wie hij in gesprek is. Bart zegt: “Ik heb de directeur Financiële zaken uit het buitenland voor je aan de telefoon.” Dennis zegt: “Ja, ik ben even in gesprek!” Bart: “Duh dat zie ik ook wel!” En Bart loopt gepikeerd weg.

De meningen die tot irritatie leiden
Bart loopt geïrriteerd weg omdat hij vindt dat Dennis hem belerend toespreekt en voelt zich zegt hij gekleineerd. Zo ga je niet als collega’s met elkaar om. Dennis is geïrriteerd omdat hij van mening is dat Bart hem onderbreekt in een belangrijk gesprek en dat niet weet in te schatten.

De 1e poging om tot elkaar te komen: Feedback
Nadat de irritatie voor beiden is weggeëbd praten Dennis en Bart met elkaar over het voorval om het een en ander recht te breien. Ze moeten immers nog langer met elkaar werken en willen dat toch in een goede verstandhouding doen.

Beiden hebben deelgenomen aan een training over Feedback en doen hun best om de stappen zo goed mogelijk toe te passen. Wat zij zich herinneren

  1. Benoem het gedrag dat je stoort.
  2. Vertel wat het gedrag met je doet.
  3. Check of de ander snapt wat je bedoelt.
  4. Kom met je oplossing

Dennis:

  1. “Je onderbrak mij terwijl ik in een belangrijk gesprek was met het hoofd HR.
  2. Dat irriteert mij omdat het mijn aandacht bij het gesprek onderbreekt en het is niet beleefd naar een ander leidinggevende toe.
  3. Kun je je dat voorstellen?
  4. Ik wil je vragen om hier in de toekomst rekening mee te houden.

Bart:

  1. Ik liet je weten dat ik een belangrijk gesprek voor jou uit het buitenland had. Daarbij ging het er niet alleen om dat het onze directeur was die belde maar daarbij ook nog uit het buitenland en ik dacht dat je dat wel wilde weten.
  2. In plaats daarvan maak je een belerende opmerking en voelde ik mij gekleineerd. Ik ben je collega en geen schooljongen. Ik zie ook wel dat je in gesprek bent en heb de afweging gemaakt of ik je zou onderbreken. Vervolgens mag ik onze directeur vertellen dat jij even geen tijd hebt. Daar geneer ik mij voor.
  3. Snap je dat?
  4. Ik wil als collega met respect behandeld worden en wil je vragen je toon en houding daaraan aan te passen.

Nu ze beiden hun hart hebben gelucht voelen beiden zich beter en spreken af meer rekening met elkaar te houden.

Is nu alles weer goed?
Bart en Dennis lijken de stappen van Feedback te hebben doorlopen maar vergissen zich denk ik toch nog in de feiten. In het bovenstaande benoemen zij weliswaar hoe zij zich voelen bij het gedrag dat hen stoorde maar zij hebben niet in de gaten dat zij beiden spreken vanuit de mening over elkaar als zij het gedrag beschrijven. De een vindt nog steeds het gedrag van de ander belerend en de ander houdt aan het idee vast dat hij werd onderbroken. Ieder typeert het gedrag van de ander op zijn eigen manier.

Maar klopt dit nu ook met hoe zij zelf hun eigen gedrag zouden beschrijven? Bart wilde Dennis helpen door hem te laten weten dat er een belangrijk gesprek voor hem was. Bart wilde helemaal niet onderbreken of onbeleefd zijn. Daarnaast stond Dennis in de deuropening en als dat gesprek zo belangrijk was had hij beter de deur dicht kunnen doen. En hoe moet je nu van tevoren weten of iemand wel of niet bepaald nieuws wil horen? Als het belangrijk is willen mensen het meestal weten en hebben ze helemaal niet het idee dat ze worden onderbroken maar waarderen ze het dat ze worden gewaarschuwd.
En had Dennis nu zelf het idee dat hij belerend was tegenover Bart? Nee, in zijn irritatie zegt hij wel dat hij in gesprek is maar hij snapt zelf ook dat Bart dit ook wel zag. Wat hij eigenlijk probeerde te zeggen is dat hij eerst dit gesprek wilde afmaken en de directeur dan zou terugbellen.

Wat betekent dit voor de gemaakte afspraak om meer rekening met elkaar te houden in de toekomst. Zal het benoemde gedrag dan uitblijven? Is dat mogelijk? Ik denk het niet want het hangt van de mening van de ander af of toekomstig gedrag wederom belerend of een onderbreking is. Je kunt niet van tevoren weten of je het naar de mening van de ander ‘goed’ doet.

Terug naar de feiten
Waar zowel Bart als Dennis zich in vergissen zijn de feiten. Waren zij bij de feiten gebleven dan waren de gevoelens en reacties denk ik heel anders geweest. Belerend zijn of onderbroken worden zijn interpretaties van wat er gebeurde. Daarom zijn beiden het ook niet met elkaar eens en verschillen zij van mening. Het feit is dat Bart de directeur Financiële Zaken aan de lijn kreeg en dat hij Dennis wilde spreken. Bart gaf daarop Dennis dit bericht. Dennis ontving dit bericht en maakte daarop een keus om met het gesprek waarin hij zat verder te gaan. Dit zijn de feiten.

Kijk je naar verantwoordelijkheden, dan nam Bart verantwoordelijkheid voor het overbrengen van het bericht. Dennis nam de verantwoordelijkheid om daar een keus in te maken. Niks om je druk over te maken. Dit had het einde van het verhaal kunnen zijn zonder dat de gemoederen verhit raakten.

Conclusie
Ik zei het aan het begin van dit artikel al: We geven steeds weer betekenis aan de werkelijkheid die wij denken te zien en trekken daar vervolgens onze eigen conclusie uit. Voor je het weet maak je je druk om de betekenis die je zelf aan je eigen conclusie of jouw interpretatie van de boodschap of het gedrag van een ander geeft. Het probleem is dat we de werking van onze eigen gekleurde perceptie vaak niet onderkennen.

Tip: Controleer de feiten voordat je het gedrag benoemt dat je stoort. 

Het leven is een stuk aangenamer als je je niet druk hoeft te maken om niks!